Academie Paard en Hond

De laatste tijd is voeding een onderwerp waar ik bijna dagelijks mee bezig bent.
Zelf probeer ik minder suiker te eten. Ik ben echt een super zoetekauw, dus dat is wel een uitdaging. Mijn lichaam en hoofd zijn zo verslaafd aan suiker en zoet. Iets met dopamine en een fijn gevoel???
Overdag gaat het wel, maar in de avond, zeker met een film, komt dat snaai gevoel wel weer op.
Door mijzelf dan te herinneren wat suiker allemaal kan ontregelen, hoe ik erop reageer, kan ik er vanaf blijven. Alleen dat koekje ’s avonds bij de koffie dat kan ik niet laten staan.

Voeding is een vakgebied waar heel veel speelt, continue nieuwe inzichten en nieuwe ontwikkelingen zijn. Zowel bij mens als dier.
Bijblijven is dan echt noodzakelijk, dus veel in de boeken en onderzoeken lezen om de kennis up-to-date te houden.

De laatste tijd ben ik dan ook bezig geweest met het aanpassen van de lessen voeding voor de cursisten in de Hond Natuurlijk Gezond Consultant en Paard Natuurlijk Gezond Consultant opleidingen.

Het grootste discussiepunt bij dierenvoeding blijft de suikers, de koolhydraten.
Hebben paarden en honden die nu wel of niet nodig?
Zijn ze nu wel of niet slecht voor de gezondheid?
Hoeveel mag een dier dan eigenlijk aan koolhydraten hebben?
Er zijn verschillende vormen van koolhydraten, zijn die dan allemaal slecht?

De wetenschap is het ook niet altijd eens en elke keer komen er nieuwe inzichten.

Wat we wel weten is dat honden en paarden koolhydraten, in de zin van snelle suikers, niet veel nodig hebben.
Een dier kan energie halen uit eiwitten, vetten en koolhydraten.
De koolhydraten kunnen onderverdeeld worden in niet-verteerbare of te wel de voedingsvezels en verteerbare koolhydraten ook wel de snelle suikers.
Deze snelle suikers, daar hebben paarden en honden niet veel van nodig.
Paarden hebben wel veel niet-verteerbare koolhydraten (ruwvoer) nodig, naast voldoende eiwitten en vetten.
Honden halen de meeste energie uit vetten en eiwitten.

De snelle suikers vind je bij dierenvoeders vooral in granen. Granen zijn de voedingsbronnen die in brokken het meeste voorkomen.
Ze worden toegevoegd als koolhydraatbron om energie te leveren en zorgen ervoor dat je er een brok van kan maken.
Maar onze dieren hebben ze eigenlijk niet zo heel veel nodig.

Honden krijgen vaak brok, omdat het handig geven en bewaren is en het is goedkoper dan vlees voeren.
Als een hond brok krijgt is het voor zijn gezondheid beter om een brok te nemen met minder dan 40% koolhydraten.

Paarden krijgen vaak brok omdat we denken dat ze meer energie nodig hebben. In de praktijk blijkt echter dat de meeste paarden tot M-niveau hun energie prima uit ruwvoer, mits er voldoende gegeven wordt, kunnen halen.
Voor paarden geldt dat als er brok gevoerd wordt het suiker en zetmeel gehalte moet passen bij de arbeid.

Wat is het probleem als er te veel koolhydraten gevoerd worden?

Wat we allemaal wel kennen is dat het teveel aan koolhydraten door het lichaam omgezet wordt in vet. Meer koolhydraten eten dan qua energie nodig is zorgt voor vetreserves.
We zien bij zowel de honden als de paarden dat obesitas ook daar steeds vaker voorkomt.
Te zwaar zijn zorgt ervoor dat een dier niet goed kan bewegen en geeft extra belasting op de gewrichten, waardoor je sneller artrose krijgt.

Maar dat is niet het enige.
Suiker is een sluipmoordenaar en zonder dat je het door hebt zorgt het ervoor dat het lichaam van binnenuit aangetast wordt.

In het vetweefsel, dat gevormd wordt uit te veel suiker, worden afvalstoffen opgeslagen die normaal gesproken uitgescheiden zouden worden en kunnen micro-ontstekingen ontstaan.
Te veel suiker in voeding zorgt ervoor dat de vertering niet goed loopt. Hierdoor raakt het microbioom uit balans en kunnen micro-ontstekingen in de darmwand ontstaan. Allerlei klachten zoals dunne poep of mest, koliek, leaky gut en allergie kunnen daardoor ontstaan.
Ook de hormoonhuishouding raakt uit balans. Dit komt door de hormonen die in de vetopslag gevormd worden, maar ook doordat er meer dopamine vrij komt en de bijnieren meer belast worden.
Door de micro-ontstekingen en de disbalans in de hormoonhuishouding zie je dat het immuunsysteem ook uit balans raakt en het dier vatbaarder wordt voor allerlei ontstekingen door bacteriën, virussen en gisten.

Te veel koolhydraten voeren geeft dus niet alleen overgewicht, maar zorgt ervoor dat allerlei interne systemen uit balans raken en de kans om ziek te worden en een chronische aandoening te krijgen groter wordt.

Voeding is dé basis voor een goede gezondheid.
Als de voeding niet klopt, kun je zoveel supplementen inzetten als je wilt, maar het is dan dweilen met de kraan open.

Zorg er dus voor dat het dier niet meer koolhydraten via de voeding binnen krijgt dan dat hij aan energie nodig heeft.
Een goed voedingsplan is daarom van essentieel belang voor een gezond dier en altijd onderdeel van de anamnese die we bij een consult afnemen.
Dus is er een gezondheidsprobleem aanwezig?
Neem de voeding onder de loep!!!!